Enkele dagen nadat de vrouwenploeg zich door modder, gravel en kasseien vocht in de Antwerp Port Epic, was het de beurt aan onze mannen. Een koers vol obstakels, letterlijk en figuurlijk — maar ook eentje waarin Joes met karakter en klasse naar een knappe 11e plek reed.
De wedstrijd begon veelbelovend, met Timo in de vroege vlucht. Helaas kwam daar vroegtijdig een einde aan door een valpartij. “Timo viel letterlijk uit de koers, dat was echt balen,” blikt Joes terug.
Zelf reed hij alert van voren in het peloton, tot een opvallend koersincident alles op zijn kop zette. “We reden verkeerd omdat een cameramotor fout ging en een seingever verkeerd stond opgesteld. Gevolg: een neutralisatie van tien minuten.”
De pech bleef aanhouden. “Op 60 km van de finish reed ik lek, helemaal achterin. Ik kon pas een kilometer later wisselen bij de mecanicien. Op dat moment keek ik tegen een achterstand van drie minuten aan. Maar ik gaf niet op.”
Wat volgde was een indrukwekkende achtervolging. “Ik bleef strijden, raapte gelosten op, maar reed telkens weer bij hen weg. Mijn achterstand kwam puur door pech, dus ik wilde niet berusten. Onderweg kwam ik Girmay tegen en samen reden we terug naar het peloton, waar Coen lang bij zat.”
Op drie kilometer van de finish sloot Joes samen met de groep aan bij het peloton, dat op enkele seconden zat van de twee leiders. “Ik ging meteen vooraan postvatten, zat wat veel in de wind, maar kon toch nog sprinten naar plek 11.”
Met trots blikt hij terug: “Als ex-cyclocrosser was dit een waanzinnige dag vol gravel en kasseien. Ik heb genoten van deze zotte wedstrijd tussen de profs, mede dankzij de ploeg en de mensen om ons heen.”